In de persoon van Ayhan Gargili krijgt het meidenteam onder 16 van ADO Den Haag Vrouwen een nieuwe ambitieuze trainer. Zoals hij eerder deed als voetballer wil Ayhan als trainer het beste bereiken.

Op zoek naar een nieuwe trainer voor de meiden onder 16 kwam ADO Den Haag Vrouwen via Annabel Toorenburg in contact met Ayhan Gargili. `Wij kenden elkaar van de KNVB, waar ik als talentcoach werkte voor het Jeugdplan Nederland`, vertelt Ayhan. De technisch manager gooide bij hem een balletje op, maar dacht eigenlijk dat de Noordhollander niet in zou gaan op de Haagse avances. Ayhan zag zelf echter wel degelijk mogelijkheden. Met name het vooruitzicht om bij een profclub aan de slag te gaan als trainer van de meiden onder 16 en assistent-trainer van de beloften, sprak hem aan.

Voetbalschool
Afkomstig uit IJmuiden heeft Ayhan Gargili in de voetballerij een behoorlijk c.v. opgebouwd. Als voetballer begonnen bij Stormvogels-Telstar kwam hij ook uit voor Türkyemspor, UTS, HBC en Onze Gezellen. Bij die laatste club begon hij aan een loopbaan als trainer. In die rol was hij daarna ook voor de KNVB, de Koninklijke HFC, Vitesse, Roda `23 en Warmunda actief. Bij sv DIOS in Hoofddorp volgde Ayhan dit jaar de plotseling overleden Dave Lange (een oud-ADO`er) als hoofdtrainer op. Daarnaast runt hij sinds drie jaar de voetbalschool Legenda in Haarlem, waarbij hij wordt geholpen door oud-FC Twente-speler Oussama Assaidi.

Gevraagd naar de trainer die het meest heeft betekend voor zijn eigen ontwikkeling als voetballer, noemt Ayhan er twee. `Omdat ik als speler balverliefd was - of zoals Amsterdammers zeggen balgeil - kreeg ik van trainers vaak te horen dat ik `m af moest geven. Johan Kalkman bij Stormvogels-Telstar zei echter dat ik met plezier moest spelen. Als ik het leuk vond om de bal bij me te houden, moest ik dat vooral blijven doen. Op die manier legde hij geen druk op mij en zo ben ik een betere speler geworden.` Na Kalkman sprak Simon Kistemaker hem aan. `Hij had als trainer niet veel tactisch inzicht, maar kon iedereen uitstekend motiveren.` Als trainer deed Ayhan goede ervaringen op met Edward Metgod en Gert-Jan Tamerus bij de Koninklijke HFC. `Met Metgod heb ik goed samengewerkt bij de jeugd en Tamerus vond ik als trainer van het eerste sterk in het overbrengen van zaken.`

Geen ja-knikker
Aan zijn drie seizoenen als jeugdtrainer bij HFC bewaart Ayhan zijn beste herinneringen. Daaraan draagt bij dat hij twee keer met zijn jeugdteam kampioen werd. `Ze vonden mij daar overigens ook een aparte, omdat ik geen ja-knikker ben. Ik heb nog steeds een goed gevoel bij de club, vond het alleen maar jammer dat ik er weg moest, omdat ik verder wilde in het seniorenvoetbal.` Aan zijn eerste baan als hoofdtrainer bij Warmunda kwam vorig seizoen een snel einde. `Die club vond mij te ambitieus, terwijl wij daar in het begin toch goede afspraken over hadden gemaakt.` Bij DIOS heeft hij het wel naar zijn zin en staat hij ook het komende seizoen voor de groep.

Een belangrijke reden om bij ADO Den Haag Vrouwen aan de slag te gaan, is dat hem dat helpt om in aanmerking te komen voor de opleiding voor het hoogste trainersdiploma, UEFA A. Daarmee wil hij het maximale uit zijn loopbaan als trainer halen. `Uiteindelijk wil ik als hoofdtrainer bij een Eredivisieclub of in het buitenland werken.`

Beter worden
Inmiddels heeft Ayhan op Houtrust zijn eerste ervaringen met het trainen van meiden opgedaan en die kennismaking is hem uitstekend bevallen. `De drang bij de meiden om beter te worden is heel hoog. Je kunt zien dat ze er echt alles uit willen halen, terwijl ik bij jongens en mannen nog wel eens bespeur dat het wel komt.`

Ayhan verheugt zich dan ook op de samenwerking met `de meest getalenteerde meiden uit deze omgeving, die graag willen leren en wat willen bereiken.` Dat hij als derde trainer met deze groep aan de slag gaat, heeft als nadeel dat de speelsters daardoor te maken hebben gehad met verschillende mensen met hun eigen visie. `Maar een voordeel is weer dat het mij de mogelijkheid biedt te bewijzen dat ik de beste van de drie trainers ben en de meiden van mij het meest kunnen leren.`